
Officiële Fotosite
RJO Willem II/RKC Tilburg-Waalwijk

Jasper en Jesse blikken terug op hun RJO tijd
Jesse Wielinga
- uit Leerdam
- 18 jaar
- Oud speler RJO Willem II/RKC A1
- voetbal
- vrienden
- films
Vrijdagavond 7 juni jl. was er een afsluitingsavond voor alle medewerkers en vrijwilligers voor het seizoen 2012-2013. Er werd van veel mensen afscheid genomen die avond, zo ook van de tweedejaars A junioren waarin ook Jasper de Wit en Jesse Wielinga speelden. Ik sprak ze die avond net voordat ze hun certificaat gingen ondertekenen en ze op het punt stonden het terrein van de RJO te verlaten.
“We hebben altijd met plezier gevoetbald bij de RJO en gaan nu naar Jong RKC. Het spelen in dat team geeft je toch wel meer zekerheid. Uiteraard hebben we ook leuke jaren gehad bij de RJO maar deze stap is gewoon een hele fijne stap om te maken en om vooruit te kijken naar de toekomst. We laten de RJO nu achter ons en gaan ons voorbereiden op het echte werk. Daar moeten we ons de komende twee jaar zien te bewijzen ….”
Vol lof werd er die avond over de jeugd gesproken, de jeugd die hun vleugels uit zou gaan slaan en het voetbalnest zou verlaten. De jeugd die enkele jaren van de opleiding genoot en nu doorstroomt naar hoger. Bij die jeugd zitten die avond ook Jasper de Wit (19) en Jesse Wielinga (18). Samen speelden ze de laatste jaren in één team, samen presteerden ze en samen verwerkten ze overwinningen en teleurstellingen met hun team. Eenmaal aan tafel aangeschoven in de bestuurskamer van Ons Vios, vraag ik ze als eerste hoe ze ooit bij de opleiding terecht gekomen zijn.
“Ik speelde in Waalwijk bij Baardwijk D1. Daar ben ik gescout door Willem II en ben daar een seizoen later in de D1 terecht gekomen, wat destijds nog de jeugdopleiding van Willem II genoemd werd”, zegt Jasper.
Jesse werd ook vroeg gescout maar had een klein probleempje.
“Toen ik acht jaar was werd ik al gescout in de E3 van LRC Leerdam. Daar stonden de scouts van de jeugdopleiding van RKC die mij opmerkten. Echter vonden mijn ouders dat ik nog te jong was en gelukkig kreeg ik een jaar later nog een kans van RKC om me bij de jeugdopleiding te bewijzen en werd in de D3 gezet. Daar heb ik volgens mij 3 jaar in gespeeld en stroomde toen pas door.”
Op de vraag of er veel verschil is tussen de jeugdopleidingen van Willem II en RKC en de RJO nu, zijn de meningen nogal verdeeld.
“Ik vind er weinig verschil in zitten”, zegt Jesse. “Bij de jeugdopleiding van RKC vroeger werd met veel plezier gevoetbald, er was altijd veel lol. Trainers lieten ons los en waren niet zo streng. Het enige verschil is dus dat bij de RJO destijds de trainingen een stuk zwaarder werden, er werd getraind door ervaren trainers die wisten hoe ze moesten handelen. Het werd fysiek gewoon een heel stuk zwaarder.”
Jasper weet zich nog te herinneren dat bij de jeugdopleiding van Willem II veel één op één werd getraind.
“Bij Willem II kregen we heel veel individuele trainingen, dat vond ik wel fijn. Toen de RJO in beeld kwam werd er meer getraind in teamverband. En dat is goed natuurlijk, maar persoonlijk vond ik die één op één training wel lekker. Daar leerde ik veel van”.
Jasper de Wit
- uit Waalwijk
- 19 jaar
- Oud speler RJO Willem II/RKC A1
- voetbal
- films
- fifa

Gedurende de opleiding hebben ze veel trainers gehad. Hoe vonden ze het nou om ieder jaar weer een andere trainer te hebben?
“Als een trainer bevalt is het prettig om daar mee te werken, het is ieder jaar afwachten hoe het uitpakt. Aan het begin van het seizoen moet een trainer aan jou wennen en jij aan de trainer. De manier van werken is voor iedere trainer weer anders en daar moet je mee leren omgaan”, zegt Jesse. “Dat er ieder jaar een andere trainer is, vind ik ook wel weer prima. Je leert dan steeds weer andere dingen en zo kan je je kennis uitbreiden en weer gaan gebruiken in het veld tijdens de wedstrijden”.
Ieder jaar een andere trainer is natuurlijk ieder jaar weer een band zien te creëren met hem. Hoe waren de contacten met de trainers die ze gehad hebben?
“Bij de jeugdopleiding van Willem II heb ik altijd één hele gave trainer gehad. Bij de RJO was dat minder, maar ik heb nooit een trainer gehaat!”, zegt Jasper. “Verder had ik altijd wel een goed contact met de trainer.”
Jesse antwoordt dat hij Edwin de Wijs altijd wel een leuke trainer vond.
“Bij de D1 en de C2 had ik mijn leukste tijd, het was altijd lachen met hem ondanks het feit dat we toch veel van hem leerden. Maar die man had gewoon feeling voor zijn boys, dat was geweldig. Verder had ik ook altijd goede contacten. Van één trainer bij de RJO verwachtte ik niet veel omdat hij dat niet uitte naar de jongens. Maar omdat ik vaak gesprekken had met hem werd mij al snel duidelijk dat hij toch wel mee leeft met de jongens in de groep, maar dat het zo niet naar ons over kwam.”
Voor iedereen is het jaarlijks weer een spannend moment als bekend wordt gemaakt of je wel of niet door bent bij de RJO. Hoe hebben zij dat altijd ervaren ?
“Als je 15 jaar bent dan sterf je gewoon van de zenuwen. Je wilt verder en je doet er alles aan om zo goed mogelijk over te komen op de staf. Keihard werk je naar het einde van het seizoen toe maar toch komt dan altijd weer dat moment dat je hoort of je wel of niet door bent. Verschrikkelijk was dat toen”, spreekt Jasper uit eigen ervaring. “Maar de laatste drie jaar keek ik naar mezelf en had er dan wel vertrouwen in dat het goed zou komen. Je wordt ouder en dan kan je het zelf wel inschatten.”
Jesse blijft er neutraal in.
“Ik had niet zo iets van “ik moet”. Ik zou mezelf ook niks verweten hebben als ik niet door was gegaan. Ik gaf altijd alles, meer kan je niet doen toch? Ik ben daar altijd vrij nuchter in gebleven. Als ik weg gestuurd zou worden zou ik ook wel gevraagd hebben waarom. Je wordt inderdaad ouder dus je leert er beter mee omgaan. Kijk, school is ook erg belangrijk en er zijn leuke clubs bij het amateurvoetbal waar ik dan uit had kunnen kiezen. Maar goed, ik heb het gehaald en daar ben ik uiteraard ook erg blij mee.”
Een combinatie van voetballen en een schoolopleiding volgen vergt enige inspanning. Hoe combineerde de heren dit?
“Ik heb nooit problemen gehad met school en voetballen. Ik zette me voor 100% in voor mijn opleiding en 100% voor het voetbal. Als het lekker ging op school dan voelde ik dat zo ook op het veld. Als je een goede leerling bent dan heb je het buiten school ook wat makkelijker. Gaat het klote op school dan presteer je ook niet voor de volle honderd op het gras”, vertelt Jasper.
“Ik ben vorig jaar geslaagd voor mijn HAVO”, zegt Jesse. “Maar zonder medewerking van school was me dat ook niet zomaar gelukt. De school maakte speciale roosters voor me en wat ik miste haalde ik later weer in als ik wat tijd over had. Nee dat is altijd prima gegaan !”
Wanneer hadden ze door dat ze klaar waren voor JONG RKC, waar ze nu al enige keren mee op pad zijn geweest?
“Eind vorig seizoen, begin afgelopen seizoen”, zeggen ze bijna gezamenlijk. “We hebben toen voor de winterstop al wat meegetraind en zijn we mee geweest naar wedstrijden. Pas na de winterstop werden we vaker opgeroepen en speelden we ook regelmatig.”
En hoe is dat precies gegaan, wanneer kregen ze voor het eerst te horen dat ze mee mochten?
“Ik moest tijdens een training bij de trainer komen en die vertelde me dat ik een keer mee mocht trainen bij het eerste elftal van RKC. Dat was zo mooi om te horen”, zegt Jasper met een brede lach op zijn gezicht.
“Niet meetrainen bij Jong RKC maar gelijk met het eerste, dat is waar je voor werkt. En het mooiste was dat ik een week later een oefenwedstrijd meespeelde in het eerste elftal. Daar maakte ik gewoon even mijn debuut door in te vallen voor Boerrigter. Dat was echt helemaal geweldig. Daarna volgde Jong RKC pas, het meetrainen en na de winterstop wedstrijden.”
“De interesse voor mij, als speler voor Jong RKC, begon aan het begin van afgelopen seizoen. Net als wat Jasper zegt, ver voor de winterstop krijg je te horen van de trainer dat je mee gaat trainen en na de winterstop ga je meespelen. Het geeft een lekker gevoel en het geeft je meer zekerheid met waar je mee bezig bent. Het bevestigt datgene waar je naar toe wilt, spelen als een profvoetballer”, zegt Jesse.

Als ze zelf op zaterdag thuis een wedstrijd moeten spelen, melden ze zich al, ver voordat de wedstrijd begint. Samen met het team keken ze dan naar het team dat op dat moment aan het voetballen was. Maar als je daar dan staat te kijken, hoe kijk je dan naar de wedstrijd en de spelers? Jesse trapt af:
“Als ik dat zie heb ik altijd weer het gevoel om zelf zo jong te zijn en daar te staan spelen. Je speelde toen nog met plezier en je was lekker aan het voetballen. Nu is het een bewijs dat je moet laten zien dat je er klaar voor bent als je in de A speelt. Als je jong bent kijk je er ook anders tegen aan. Nu moet je echt presteren. Maar ik kijk niet kritisch naar die wedstrijden, de jeugd die dan staat te spelen is nog bezig om te leren. Maar ik vind het wel leuk om dan weer even terug te denken aan mijn eigen jeugdtijd.”
Jasper vult aan.
“Je moet de jeugd niet zo streng beoordelen, laat ze lekker voetballen. Laat ze plezier hebben aan het spelletje. Je moet pas later aan de grote wedstrijden denken, zoals ik dat nu ga doen.”
Nu we toch over de jeugd van de RJO spreken. Hebben jullie nog nuttige tips voor ze?
“Blijf vooral je zelf en heb plezier tijdens het voetballen”, zegt Jesse. “Weet wat je zwaktes zijn en verbeter je zelf daarin. En wat even zo belangrijk is, blijf vooral doorgaan. Ook op de momenten dat het niet goed gaat of dat je tegenslagen moet verwerken. Daar word je alleen maar sterker van!”
“Inderdaad!”, zegt Jasper. “Doe gewoon je best en verwijt je zelf niks als het niet goed gaat. Gewoon lekker bezig blijven en zien waar het schip strand straks.”
Beide heren gaan nu naar Jong RKC en laten de RJO achter zich, die de afgelopen zes maanden onder vuur lag door de berichten dat Willem II met een eigen jeugdopleiding verder wil zonder RKC. Hielden zij zich daar ook mee bezig?
“Nee, dat maakt ons ook niet zoveel uit eerlijk gezegd”, zeggen ze allebei. “Ik vind het eerlijk gezegd meer charme hebben als je speelt in het tenue van de club waar je voor speelt”, zegt Jesse. “Gewoon in het rood wit en blauw als je voor Willen II uitkomt en in het blauw met geel voor RKC. Dat straalt toch meer uit vind ik.”
“Maar toch is het niveau van de RJO wel hoog”, zegt Jasper. “Dat is gewoon een ding waar we heel eerlijk in moeten zijn. Ik kan begrijpen dat clubs, in financieel opzicht, samen gaan werken. Maar als een club op zichzelf wil dan is dat de keus van de club en dat moet dan gerespecteerd worden toch?”
Jasper en Jesse hebben vroeger ook nog allebei in de jeugdopleiding van Willem II en RKC gespeeld en nu de laatste jaren bij de RJO. Hebben zij in al die jaren ook nog wat hoogtepunten beleefd?
“Ja wat ik straks al aangaf”, zegt Jasper. “Dat ik nog uitkwam voor de B1 in 2011 en dat ik dus mijn debuut
maakte tijdens een oefenwedstrijd bij het eerste van RKC door in te vallen voor Boerrigter. Dat zal ik nooit meer vergeten en dat zal me altijd erg goed bijblijven.”
Jesse gaat rechtop zitten want ook hij weet nog heel erg goed wat zijn hoogtepunt was in al die jaren.
“Ik speelde in de jeugd van RKC tegen Utrecht. Ik speelde nog in de D en mocht mee met de C1. Ik was de kleinste van het team en zat op de bank. Ik weet nog dat de stand gelijk was toen ik er in werd gezet door de trainer. Omdat ik zo klein was zat iedereen op de bank van Utrecht me uit te lachen. Het was vijf minuten voor tijd toen ik er in kwam en in de allerlaatste minuut scoorde ik het winnende doelpunt. Toen lachte ze niet meer op de bank van Utrecht en wonnen wij alsnog de wedstrijd. Dat was echt een heerlijk gevoel toen.”
Nu Jasper en Jesse weer een trapje hoger gaan en terecht komen bij Jong RKC, is er weer een nieuwe deur geopend naar de toekomst. Hoe zien ze die toekomst tegemoet?
“Het wordt toch het seizoen van de waarheid, het is nu erop of eronder”, zegt Jasper. “Maar het gaat goed komen. We zijn al ver gekomen en zullen nog verder gaan… “
Jesse denkt er wat anders over.
“Voetballen is leuk maar school blijft net zo belangrijk! Kijk je wordt ouder en dan ga je goed nadenken over wat je wilt. Ik ga nu één tot twee jaar vol knallen bij Jong RKC. Gaat dat niet lukken dan ga ik weer een opleiding volgen, want ook dat hoort bij je toekomstplannen. Als het niet gaat lukken in het voetballen dan zal je toch verder moeten met wat anders. Ik wacht rustig af wat komen gaat.”
Bijna zijn we klaar met het gesprek en steeds zijn de jongens aan het woord. Maar als ik vraag wat ze nog kwijt willen aan iedereen die dit leest dan vallen ze stil en moeten ze wat langer nadenken over hun antwoord.
“Ik wil niet veel kwijt, maar ik wil wel even zeggen dat ik diepe respect en heel veel bewondering heb voor Remco Oversier”, zegt Jasper. “Toen Jan van Loon weg ging en hij hier terecht kwam heeft hij alles zo goed opgevangen en geregeld. Hij heeft daar een hele zware taak aan gehad. Remco is echt een goed mens die alles en iedereen erg goed kan inschatten. Remco is een warme man die meedenkt en meeleeft met iedereen van de opleiding. Of het nou een speler is of een medewerker of vrijwilliger. Hij heeft altijd iedereen een warm onthaal gegeven. Die man verdient heel veel respect!”.
Jesse denkt verder niet meer na en sluit zich volledig aan bij de woorden van Jasper.
Niet veel later, nadat het gesprek is afgelopen, worden beide heren met nog een aantal spelers aan tafel gezet en wordt er afscheid genomen van ze. Beide krijgen lovende woorden naar zich toe gesproken van Remco Oversier, hoofd jeugdopleiding van de RJO, waarbij Remco heel veel respect heeft voor Jesse hoe hij met zijn opleiding en zijn keuzes in het leven is omgegaan.
Ikzelf heb de jongens al enige jaren mogen zien en spreken als fotograaf langs de kant. Voor mij waren het gewoon Jasper en Jesse, twee jongens die ik kende en die toevallig speelde voor een RJO. Ik heb ze ook nooit beoordeeld als speler maar als de persoon die ze waren en we konden altijd erg goed met elkaar opschieten. Met een brok in mijn keel maakte ik die avond, buiten voor de talentenmuur, de allerlaatste RJO foto van de groep die die avond afscheid had genomen.
Daarna gaf ik ook Jasper en Jesse een hand, bedankte ze en wenste ze alle goeds toe voor de toekomst bij Jong RKC waarbij ik beloofde ze ook daar nog een keer op foto te komen zetten. Niet veel later reed ik naar huis, wetende dat ik ze niet meer zo vaak ga zien maar dat ik hun telefoonnummers in mijn contactenlijst heb staan en we gewoon kunnen blijven whatsappen. Zo kan ik ze dus altijd nog blijven volgen en kunnen ze me altijd weer die ene vraag stellen, met de bekende woorden: “Kom je vandaag foto’s maken …..”
Jongens, het gaat jullie goed !